In de vensterbank staat een avocadoplant. Helemaal zelf opgekweekt door mijn zoon. Voorzichtig heeft hij de avocado opengesneden, de pit eruit gewurmd en het dunne bruine velletje van de pit gepeld. Met satéprikkers heeft hij de pit over een glas water gespannen, waar na weken wachten onder uit de pit een mini steeltje het water raakte en uiteindelijk een heel netwerk uitbouwde in het glas. Bovenop de pit kwam warempel ook een steeltje tevoorschijn waar na weken wachten een piep klein blaadje zich uitvouwde.
Het glas werd een fles, werd een vaas en is nu een pot geworden voor deze al best flinke plant! Of deze plant ooit avocado’s zal dragen, tsja… Aan de verzorging en trouwe verzorger zal het trouwens niet liggen! Om de dag krijgt deze dorstige jongen water en wordt de plant gedraaid zodat de bladeren optimaal het waterige Hollandse zonnetje op kunnen nemen.
Het dragen van vruchten is voor een plant niet zo eenvoudig en al helemaal niet voor een exoot in de West Friese klei. Maar de wonderen zijn de wereld nog niet uit 😉
De Ark van het Verbond – de aardse verblijfplaats van God
Dit deed me denken aan het verhaal van Obed-Edom. Obed wie? Obed-Edom, de man die de Ark van het Verbond in zijn woonkamer kreeg!
Het zat namelijk zo. Jaren daarvoor gebruikte het volk van Israël de Ark van het Verbond als mascotte voor hun oorlogen. Zo kan je God niet gebruiken en voor je karretje spannen, uiteraard. De oorlog werd verloren en de tegenstander, de Filistijnen, namen de Ark van het Verbond mee als trofee. Niets dan tegenspoed trof de Filistijnen, zweren, plagen en zelfs hun favoriete afgodsbeeld viel meerdere malen om in de tempel en brak. Helemaal klaar met de Ark van het Verbond zonden ze de Ark op een nieuwe kar terug richting de Israëlieten. Daar stopten de koeien op een akker van een zekere man. Het volk was blij en dankbaar, ze haalden de Ark van de kar, offerden de koeien op het hout van de wagen op een altaar. Maar er waren aardig wat nieuwsgierige aagjes die het niet konden laten om in de Ark van het Verbond te kijken.
Oke, ik begrijp de nieuwsgierigheid van de mannen (er staat in de Bijbel dat het mannen waren, maar ik ken (ben) heel veel nieuwsgierige vrouwen, die waren er ook vast bij). Maar was deze prachtige gouden kist, DE plek waar God woont voor hen bestemd? Ze wisten vast dat dat niet het geval was. Maar konden de nieuwsgierigheid niet bedwingen en openden de kist.
Ik kan dat wel begrijpen. Het was jaren geleden, helemaal aan het begin van het tijdperk van de pakjes versturen en ontvangen. Ik woonde thuis en had voor het eerst een online bestelling gedaan bij een Chinese gigant. Weken en maanden later was het zover en lag er in een Chinees pakpapier een pakje op de eettafel. Grote onbekende letters op de verpakking met daar tussendoor heel kunstig met de hand geschreven mijn naam en adres. De hele familie verzamelde zich om het pakje heen, iedereen had het al gezien, maar niemand durfde het open te maken. Mijn naam stond er namelijk op! Maar nieuwsgierig dat ze waren! En ik ook hoor 😉
Oordeel
Degene die in de Ark van het Verbond hadden gekeken stierven. God was woest! Waarom zijn mensen toch zo nieuwsgierig? En waarom is God zo boos?
Ik vind dat wel lastig aan het oude testament, het moorden, slachten, hoofden afhakken en bizarre veldslagen. Ook lees je veel over God die honderden mensen vermoordt, boos is en complete stammen in de grond laat verdwijnen. Waarom? Nou, ik denk dat daar een heel simpel antwoord op is. God is Heilig. Oké. Dat is denk ik een aparte blog waard, maar zo simpel en tegelijk zo complex is het.
Wat een zegen, wat een redding is het dat wij nu leven na de komst van Jezus. Dat wij nu wél vergeven worden voor onze zonden en nieuwsgierigheid. Wanneer mijn familie nou toch in het Chinese pakketje had gekeken, wat zou er dan gebeuren? Ik zou denk ik wel boos worden. Dat doe je toch niet, mijn naam staat erop!
Zo is het misschien geweest. De Israëlieten liepen met de Ark van het Verbond als een mascotte pop bij een voetbalwedstrijd. Totaal respectloos, totaal niet heilig. Ze verliezen de strijd en de Ark. Komt deze terug, koekeloeren ze in het allerheiligste, zichzelf niet kunnen bedwingen. De nieuwsgierigen verliezen hun leven en de Ark van het Verbond kan niet verder mee worden genomen en verblijft jaren bij Abinadab, ver buiten Jeruzalem.
Dan, ruim 20 jaren later is het zover! David en zijn manschappen gaan de Ark halen! Wat een feest zou het geweest zijn, eindelijk weer de Ark van het Verbond, de aanwezigheid van God dicht in hun midden. Een nieuwe kar, een feestelijke colonne met vele instrumenten en een dansende David halen de kar op onder toeziend oog van de zonen van Abinadab, waar de Ark de 20 jaren verbleef. Dan struikelt plots een van de ossen die de kar trekt en Uzza, een van de zonen van Abinadab, houdt de Ark van het Verbond tegen die van de kar af dreigt te vallen.
Roerloos valt Uzza op de grond. Dood.
De muziek valt stil, de vrolijke dansers staan als aan de grond genageld. Wat? Uzza, dood? Hij hielp toch juist?
Wanneer we instructies over het dragen van de Ark van het Verbond lezen in de Bijbel, zien we niets over het vervoeren van de Ark op een kar. Het is een duidelijke instructie van God om de Ark met draagstangen, gestoken langs de zijkanten van de Ark, te dragen door priesters. Die kar heeft David en/of zijn gevolg zelf bedacht.
Wat zou Jezus doen?
Zelf bedenken hoe God het zou willen hebben. Ik vind dat wel heel herkenbaar. Hoe vaak bedenken we zelf wel hoe God het zou willen hebben. WWJD was mega populair vroeger op de armbandjes. What Would Jesus do. Alles wat Hij zou doen kunnen we terugvinden in het Woord van God, de Bijbel. En dat is niet altijd de voor ons meest ideale manier.
De Ark van het Verbond op een kar, zo hadden de Filistijnen de Ark teruggestuurd voor deze bij het huis van Abinadab aankwam. Dat was best een slim idee. Scheelt weer tillen!
Goed voorbeeld doet goed volgen. Slecht voorbeeld doet het tegenovergestelde. God is Heilig. God heeft wetten en regels gegeven hoe de mensen het beste om kunnen gaan met elkaar en met God. Toch heeft David zich laten leiden door het slechte voorbeeld van de Filistijnen. Hoe deze mensen met God omgingen is niet hoe God het wilde. God is Heilig.
Goed voorbeeld doet goed volgen. Ook nu is dat nog steeds het geval. Wanneer we mensen dingen zien doen die het daglicht niet kunnen verdragen zijn we soms geneigd om dat na te doen. Of om er in ieder geval zo mee om te gaan dat het bijna acceptabel is. Maar is dat de wil en de weg van God? Wanneer we goed – en ik bedoel echt goed, in de volledige zin van het verhaal – de Bijbel lezen, dan is overal een antwoord op. Op iedere vraag en op elk dilemma, de Bijbel heeft het laatste woord.
Alleen is dit antwoord heel vaak niet zo comfortabel en vaak ook veel werk. Net zoals de Ark van het Verbond op de kar vervoeren. Handig en snel! Maar niet de wil van God.
Welke dingen heb jij als een handig en snel systeem ingebouwd in je leven? Check dat eens met het woord van God.
Bij het zien van het lichaam van Uzza wordt David woest op God! En tegelijkertijd is hij ook enorm bang geworden voor God en Zijn oordeel. De feeststoet druipt af, de instrumenten worden ingepakt en het volk loopt verslagen richting de stad. En de Ark? Wie durft hier nog bij in de buurt te komen.
Ontmoet Obed-Edom: de man met de Ark in zijn huis
Wat een feest had moeten zijn om de Ark terug te halen is een grote catastrofe geworden. De dood van Uzza, het oordeel en de Heiligheid van God zijn onbegrijpelijk en niet te doorgronden. Zie je het voor je. Je hoort de klaagzangen van de familie en vrienden van Uzza, de sfeer is om te snijden en op de achtergrond glinstert de prachtige gouden Ark in de avondzon. En nu, wat gaan we met de Ark doen? Je hoort het geroezemoes van de mannen rondom de Ark. Terug naar het huis van Abinadab, dat denk ik niet. Zijn zoon Uzza is net gestorven. Naar het paleis van koning David, dat zeker niet, David is zo boos en angstig voor God. Obed-Edom, jij woont hier vlakbij toch? Kan de Ark niet bij jou thuis staan?
Het staat niet in de Bijbel beschreven, maar zie je het voor je? De vrouw van Obed-Edom staat net het prakje voor de avond te koken wanneer ze het geluid van karrenwielen en voetstappen buiten hoort. Kids, kijken jullie eens of papa daar is, dan kunnen we zo aan tafel! De kinderen stormen naar buiten op zoek naar pa Obed-Edom. Stokstijf blijven ze staan. Een enorme gouden kist met prachtige engelen erop staat voor hun huisje geparkeerd. Ze weten heel goed wat deze kist is, daar hebben ze al zoveel over gehoord op school en in de tempel. Daar woont God!
Schat, uhm….. de Ark van het Verbond staat hier voor de deur, is het oké als deze hier even een tijdje blijft? Stel je voor!
De tafel wordt aan de kant geschoven, de bank gaat naar boven en de planten worden buiten gezet. Plaats maken voor God. Daar staat hij dan. De Ark van het Verbond, de woonplaats van God. de Heiligheid, de Volmaaktheid, het begin en het einde, de beslisser over leven en dood, de Schepper van hemel en Aarde. De Aardse woonplaats van deze machtige God. In het huis, van een doodgewoon gezin.
Het avondprakje is inmiddels koud geworden. Met grote ogen staart het gezinnetje naar de Ark. Wow, God. In ons midden.
Dan gaat het Bijbelverhaal verder en staat er: Zo bleef de Ark van de Heere in het huis van Obed-Edom, de Gethiet, drie maanden lang, en de Heere zegende Obed-Edom en heel zijn huis. Koning David werd de boodschap gebracht; De Heere heeft het gezin van Obed-Edom en al wat hij heeft, gezegend vanwege de Ark van God.
Gods zegen; een beloning voor gehoorzaamheid
De Here zegende Obed-Edom en heel zijn huis en al wat hij heeft.
Weet je dat de zegen van God nooit klein is?
Dat heb ik heel lang niet geweten. Ik dacht altijd dat een zegen van God klein was. Dat kwam omdat ik ook het idee had dat God niet zo groot was.
God is enorm. Hij is de volheid van liefde, de volheid van zegen!
Zelfs Koning David krijgt het te horen hoe groot de zegen van God is. En dan nu op het huis van Obed-Edom.
De kinderen van Obed-Edom worden wakker en maken zich klaar voor school.
De broodtrommels worden klaargemaakt. “Hey kids, plukken jullie even wat aardbeien in de tuin, dan kunnen die mee naar school.” De kids stuiven naar buiten met een mandje. Stokstijf blijven ze staan, dit hebben ze nog nooit gezien. De hele aardbeienbak hangt vol met de allermooiste en grootste aardbeien die ze ooit hebben gezien! “Mam!!! Mogen we de wasmand, we hebben teveel aardbeien!!”
De hele tuin stroomt over van vruchten, groenten spuiten de grond uit en achterin de wei huppelen pasgeboren lammetjes. Wat – is – dit.
De vrouw van Obed-Edom weet wel dat ze groene vingers heeft, maar zo’n oogst, dat is onmogelijk!
Welkom thuis
Op de vensterbank staat een avocadoplant. De zoon van Obed-Edom heeft deze zelf vanaf een pit op laten groeien. Maanden lang heeft hij deze met liefde verzorgd, water gegeven en gedraaid met zijn blaadjes in de zon. Obed-Edom had hem al verteld dat de avocadoboom een moeilijke rakker is en waarschijnlijk geen vrucht zal dragen.
Langzaam loopt de zoon van Obed-Edom naar binnen, hij durft bijna niet naar de vensterbank te kijken.. zal het echt zo zijn?
Door zijn wimpers gluurt hij naar het raam. Wouw, ongelofelijk! De plant is enorm!
En wat ziet hij daar, onder de puntige bladeren hangen de mooiste diep groene avocado’s die hij ooit heeft gezien. Wat een zegen.
God hield van Obed-Edom en zijn huis. Van de rommel, van de geur van de avond piepers, van de plakkerige kinderhandjes, van de warme zomeravonden en van de goede gesprekken aan tafel. God hield ervan dat een gewone man, met zijn gewone gezin plaats maakte voor Hem.
God houdt ervan om bij mensen thuis te zijn. Om erbij te zijn, in al Zijn Heiligheid en volmaaktheid, bij een onheilig en onvolmaakt gezin.
Het oude testament staat vol met dood en verderf. Het oude testament staat vol met verhalen over een liefdevolle God. Een God die zo overvloedig zegent dat zelfs de Koning het te horen krijgt.
Zoveel liefde heeft God voor de mensen, dat Hij zelfs Zijn eigen Zoon naar de aarde zond. Als ultiem offer voor onze zonden.
Wauw. Geloof je dat?
Als je dat gelooft, wil God heel graag bij jou wonen.
Niet in een perfect huis met gestreken damasten tafelkleden, glinsterende kandelaren en marmeren vloeren. Maar bij jou, in je studentenflat waar de schutting is gemaakt van lege kratten. Bij jou tussen de manden wasgoed. Bij jou en je krijsende baby, bij jou en je zieke moeder. Hij wil bij jou wonen. Wanneer je plaats maakt voor Hem in je leven en Hij de ereplaats krijgt in jouw bestaan.
Dan, wacht maar af…